Ruim 300 gelijkvormige portieketageflats hebben plaats gemaakt voor 315 levensloopbestendige woningen, variërend van eengezinswoningen tot appartementen in een toren van 14 lagen. In het wooncomplex zijn verspreid over alle drie de woonblokken diverse zorg- en maatschappelijke voorzieningen opgenomen. Zo zijn er onder andere een fietsenwerkplaats en horeca bemand door werknemers met een verstandelijke beperking. Daarnaast zijn er zorgwoningen voor ouderen en verstandelijk en lichamelijk gehandicapten. De zorgwoningen worden door verschillende zorginstellingen aangeboden. Deze ondersteunen de bewoners en hebben tevens het beheer over de maatschappelijke voorzieningen.
Bewoners parkeren onder de binnentuinen van de gesloten bouwblokken in twee parkeergarages. Geluidwerende maatregelen in de woningen langs het spoor en de uitvalswegen beperken de overlast van verkeer. Richting de straat en het spoor zijn er met de toegepaste woningtypologieën alleen maar voorkanten.
| Status | gerealiseerd 2012 |
| Architecten | Ronald Knappers |
| Medewerkers | Krijn Tabbers |
| Opdrachtgever(s) | Portaal Ontwikkeling |
Het plezier van wonen: ‘MIJN STEK’ in Haarlem
De Amsterdamse buurt is van oorsprong een arbeidersbuurt, met lage bebouwing en een hoge woningdichtheid, gebouwd rond 1900. De mensen die hier wonen voelen zich verbonden met de omgeving. De woningen zijn destijds ontworpen in een eenvoudige, maar verzorgde rode baksteenarchitectuur in een herkenbare stijl. De wijk is door de jaren heen echter ingrijpend veranderd. De karakteristieke kleine woningen ondergingen een vernieuwingsslag; veel woningen werden daarbij uitgerust met (te) grote dakkapellen. Ook werd her en der vervangende nieuwbouw gerealiseerd, die veelal detoneert. De kenmerkende karakteristieken van de Amsterdamse buurt werden bij elke ingreep minder zichtbaar.
De nieuwbouw van ‘MIJN STEK’ vormt een ensemble met de oorspronkelijke bebouwing. Het project staat in de traditie van het werk van de Haarlemse architect van Loghem, met zijn ritmiek, gebruik van baksteen en detaillering. Met dit plan heeft de wijk een hart gekregen, dat vernieuwend en tegelijkertijd vertrouwd aanvoelt.
Na sloop van 29 eengezinswoningen zijn aan het Drilsmaplein en de Dr. Schaepmanstraat 40 nieuwe huurwoningen (‘MIJN STEK’) teruggekomen; 2 kleinschalige appartementengebouwen met 30 appartementen (zowel vrije sector als sociale huur) en 10 eengezinswoningen (vrije sector). De nieuwbouwplannen zijn in opdracht van woningcorporatie Elan Wonen gerealiseerd. De woningen zijn zorgvuldig ingepast in het bestaande stedelijk weefsel. De grootste ingreep waren de relatief omvangrijke appartementengebouwen, die dankzij een setback op de 2e verdieping goed aansluiten op de bestaande bebouwing. Er is veel aandacht besteed aan het open en levendig maken van de begane grond verdieping. Men woont aan de straat. Met omvangrijke balkons en ramen die als grote ogen op het Drilsmaplein kijken en de verzorgde baksteenarchitectuur wordt de centrale functie van het plein versterkt. De appartementen zijn levensloopbestendig ontworpen.
De eengezinswoningen zijn volgens de ‘spaarhuis’ methode van Slokker Innovate gebouwd.
MIJN STEK was 1 van de 10 genomineerde projecten voor de Lieven de Keypenning 2017.
In Wassenaar zijn 40 duplexwoningen van woningbouwvereniging St. Willibrordus vervangen door 86 sociale huurwoningen voor met name starters en senioren.
Het plangebied van de nieuwe sociale huurwoningen bevindt zich in een dorpsuitbreiding uit de jaren zestig. Destijds was dit de meest noordelijke wijk van Wassenaar, ruim van opzet en met zicht naar weilanden en boerderijen. Bij het maken van het plan voor vervangende nieuwbouw sluiten we aan op de basiskwaliteiten van de oude wijk: we maken ruime straatprofielen met voortuinen en veel groen.
De nieuwe sociale huurwoningen komen in een zestal gebouwen rondom een gemeenschappelijke binnentuin.
Door de tussenliggende Stompwijckstraat op te heffen ontstaat er ruimte om het parkeren voor de bewoners binnen het bouwblok op te lossen, en is er ruimte voor een gemeenschappelijke binnentuin. Aan de binnentuin is een maatschappelijke voorziening opgenomen.
De gebouwen hebben een formele voorkant met zogenaamde zoomwoningen op de begane grond. Dit zijn ondiepe woningen met de toegang en een tuintje aan de straatzijde. De achterkant grenst aan de parkeerplaatsen onder een opengewerkt, groen dek. In het plan blijft de bestaande boomstructuur gehandhaafd. Om privacy te creëren in de voortuintjes is een strook groen tussen de tuinen en het trottoir gemaakt. De woningen op de verdiepingen worden ontsloten middels brede galerijen.
Studio VVKH heeft het stedenbouwkundig ontwerp gemaakt.
Om de gebouwen in de lange straten qua schaal te laten aansluiten op de overliggende bebouwing ligt de gevel van de woningen op de bovenste (3e) verdieping iets terug ten opzichte van de rooilijn. De balkons van de woningen geven contact met de straat en reageren middels een verdraaiing op de oriëntatie ten opzichte van de zon. Aan de noordelijke parkzijde is de bebouwing iets robuuster, daar reageert de bebouwing in hoogte op het naastgelegen appartementengebouw.
De locatie ligt op een bijzondere plek op de hoek van de Kruisweg en Boslaan vlakbij het centrum van Hoofddorp. Achter de woningen aan de Kruisweg gaat nu een verborgen wereld van loodsen en bedrijfsruimte schuil. Dit bestaande bedrijventerrein wordt getransformeerd naar een woonwijk. De grotere korrelmaat van het Gemaalhuis en Hyde Park gaat op deze plek over in een kleinere korrel van vrijstaande woningen aan de hisotrische as van de Kruisweg, richting het centrum.
Het nieuwe woongebied wordt gekenmerkt door:
een groene omgeving;
‘geen eiland’ maar verbonden met de omliggende buurten;
zoveel mogelijk woningen aan autovrije leefstraten;
parkeren in het plan opgelost in groene parkeerhoven;
een plan dat met enkele (autovrije) langzaam verkeersroutes verbinding maakt met de omliggende buurten en voor nieuwe doorzichten zorgt;
een architectonische markering langs de Kagertocht die reageert op het grotere Hyde Park dat schuin tegenover de locatie ligt.
De locatie Oeverpolder ligt in het centrale deel van de Hoornespolder, een jaren zestig wederopbouwwijk in Katwijk.
In het ontwerp voor deze nieuwbouwlocatie is gekozen voor een U-vormige hofbebouwing, die qua architectuur en korrelgrootte aansluit op de bestaande bebouwing. De overgang tussen het woongebouw en de openbare ruimte is zorgvuldig vormgegeven. De woningen zijn alzijdig ontworpen, er bevinden zich geen garages, bergingen en blinde gevels aan de openbare ruimte. De bebouwing heeft tegelijkertijd een nieuw en eigen karakter maar voegt zich ook goed in de wijk.
In het appartementengebouw Oeverpolder bevinden zicht 52 sociale huurappartementen van 53-88 m2.
Het in opdracht van Dunavie ontworpen gebouw telt aan de Hoorneslaan vier bouwlagen, de twee andere zijden zijn drie lagen hoog. De woningen worden alle ontsloten via (verbrede) galerijen in het hof, parkeren vindt plaats in het hof en deels op openbaar terrein, op straat. Vanwege de schuine begrenzing van het kavel aan de Hoorneslaan heeft het gebouw hier karakteristieke verspringingen in de gevel gekregen.
De woningen zijn duurzaam en aardgasloos. Op het gezamelijke dak zijn voor de afzonderlijke woningen ieder 6 zonnepanelen geplaatst. Een warmtepomp verwarmt de woningen in de winter en verkoelt deze in de zomer. De omgeving is door de gemeente vergroend. Op het terrein zelf is een wadi voorzien, een aangelegde waterbering die regenwater opvangt.
Tijdens de officiële opening kreeg het appartementengebouw de naam Oeverhof toegewezen.